Black Friday Aanbieding
- Gewicht ca:550 gram
- Type:Voer
- Type voer:Gemengd
De Appelvink
- Gewicht ca:600 gram
- Type:Voer
- Type voer:Rozijnen
De Appelvink
- Gewicht ca:250 gram
- Type:Voer
- Type voer:Bessen
De Appelvink
- Gewicht ca: 1 kg
- Type: Voer
- Type voer:Zonnebloempitten
De Appelvink
- Gewicht ca:3 kg
- Type:Voer
- Type voer:Strooivoer
De Appelvink
- Gewicht ca:0,9 kg
- Type:Voer
- Type voer:Strooivoer
Voer voor de Koolmees
- Gewicht ca:675 gram
- Type:Voer
- Type voer:Havervlokken
De Appelvink
- Gewicht ca:630gram
- Type:Voer
- Type voer:Pinda's
Het leefgebied van de Goudvink
De goudvink is in heel Europa te vinden, maar vermijdt de hele warme regio’s. De gematigde gebieden en berggebieden worden wel veel bezocht door goudvinken. Hij zoekt meestal de bossen op, maar ook halfopen landschappen zijn geliefd. In Nederland vind je de vogel vaak in het midden en het oosten van het land, maar ook in de duinen kun je goudvink tegenkomen. Hij is niet kieskeurig wat betreft de boomsoort. Net als de normale vink, kan de goudvink gedijen in naaldbossen, loofbossen en gemengde bossen. De leeftijd van het bos maakt ook weinig uit, zowel jonge als oude bossen trekken de goudvink aan. Zolang er maar genoeg variatie aanwezig is. De goudvink kan zich dus redden in meerdere gebieden. De goudvink trekt niet weg: de Nederlandse goudvinken zijn standvogels en blijven ook in de winter dichtbij hun broedgebied. Ze trekken in de winter wel wat verder weg dan hun oorspronkelijke broedplaats. In deze periode vind je zelfs meer goudvinken in Nederland dan gewoonlijk, omdat goudvinken uit noordoostelijke landen van het verspreidingsgebied in Nederland komen overwinteren.
Broeden en eten
Goudvinken kiezen vrijwel altijd voor het maken van een eigen nest. Dit doen ze meestal in dichte struiken. De vrouwelijke goudvink verzamelt gras, mos en bladeren. Samen met wat takjes worden deze materialen samengevoegd tot een nest. Wanneer het nest klaar is, kan het broeden beginnen. In de herfst worden vaak al koppeltjes gevormd. Deze blijven vaak tot aan het einde van de broedperiode bij elkaar. De broedperiode vindt plaats tussen het einde van april en juni. Goudvinken hebben meestal 2 legsels, maar kunnen ook 3 legsels hebben tijdens een goed seizoen. In een broedsel zitten 4 tot 6 eieren. Goudvink eieren zijn te herkennen aan hun lichtblauwe kleur en donkere stippen. Na het leggen van eieren duurt het nog 13 of 14 dagen voordat de eieren uitkomen. Daarna blijven de jongen nog tot 18 dagen op het nest voordat ze uitvliegen. Ze zijn dan nog niet volledig zelfstandig en worden nog een paar weken verzorgd door hun ouders. Goudvinken zijn plantaardige eters. Ze eten bessen van verschillende planten. Dit doen ze voor de zaden die zich in de bessen bevinden. Ook de zaden van veel kruiden, zoals kruiskruid, brandnetel en melkdistel zijn onderdeel van het voedingspatroon van de goudvink. Verder eten ze ook zaden van sommige bomen, zoals de es. Bij gebrek aan zaden in de winter eten ze zelfs de knoppen van bomen. Dit zorgt ervoor dat ze minder graag geziene gasten zijn bij fruittelers. Ze eten in deze periode namelijk ook in hoog tempo de knoppen van fruitbomen. Je kunt de goudvink ook op de voedertafel aantreffen. Daar gaan ze het liefst voor zonnebloempitten, maar andere zaden worden ook gegeten.