De Grote Gele Kwikstaart

Deze sierlijke vogel wipt vaak met zijn staart en onderlichaam. Hij is vooral te vinden in bosrijk leefgebied, in de buurt van water. Zowel de mannelijke als vrouwelijke grote gele kwikstaart hebben de kenmerkende gele kleur. De mannetjes zijn aan de onderzijde helemaal geel, ook op de borst. Het broedkleed van het mannetje bestaat uit een zwarte kin en keel. De vrouwelijke grote gele kwikstaart is alleen geel aan de onderzijde. De kleur loopt dus niet door op de borst. Verder zijn de zwarte kin en keel bij het vrouwtje lichter. De vleugels van de vogel zijn zwart en de mantel is grijs. Verder hebben de vogels duidelijke witte strepen bij het oog, de snavel en de vleugels. Het stuitje van de grote gele kwikstaart is groenig. Daar begint hun lange dunne staart. Het verschil met andere gele kwikstaarten zijn de poten: de grote gele kwikstaart heeft bruin roze poten. Eenmaal volwassen is deze vogel tussen de 17 en 20 centimeter groot. Lees onderaan de pagina meer over de grote gele kwikstaart!

Lees meer over de grote gele kwikstaart!

Geen producten gevonden die aan je zoekcriteria voldoen.

Waar vind ik de Grote Gele Kwikstaart?

Je kunt deze vogel in heel Europa vinden. In het noorden en midden van Scandinavië is hij zeldzaam, maar ook daar kun je lokale populaties tegenkomen. In Nederland is de grote gele kwikstaart voornamelijk te zien in het oosten en zuidoosten van het land, vooral in de buurt van beken en rivieren. Hier broeden ze en zoeken ze naar eten. Het liefst zoeken ze de snelstromende rivieren op, maar in Nederland hebben we vooral zwak stromend water. Denk bijvoorbeeld aan beken in Twente, de Achterhoek en Limburg. Op deze plekken broedt de grote gele kwikstaart ook tussen de bebouwing. Op de Veluwe zijn veel door mensen aangelegde beekjes te vinden. Deze beekjes worden ook wel sprengen genoemd. Hier kunt u de grote gele kwikstaart ook tegenkomen. In de laatste tientallen jaren lijkt het verspreidingsgebied binnen Nederland groter te worden. Zo duikt de vogel ook vaker op in grote steden, zoals Groningen. Ook in Utrecht zijn nesten gevonden, in het centrum langs de singels. De grote gele kwikstaart is een trekvogel. Dit betekent dat hij voordat de winter begint, wegtrekt naar warmere oorden. Dit doen ze alleen of in kleine groepen. De vogels die in Nederland broeden trekken naar het zuiden, met de Pyreneeën als zuidelijkste punt. De broedpopulaties die zich in Limburg bevinden, blijven daar vaak wel tijdens de zachte winters. Daar laten ze zich zelfs zien op platte grinddaken.

Broeden en eten

Vanaf eind maart zijn alle grote gele kwikstaarten weer terug in Nederland, waar ze beginnen aan de broedperiode. Deze duurt tot halverwege juli. Ze hebben dan meestal 2 legsels, met gemiddeld 5 eieren. De vogels zitten tot 2 weken op de eieren. Hierna komen ze uit. Na het uitvliegen begint het vrouwtje al aan een tweede broedsel. Het mannetje blijft de jongen nog een tijdje verzorgen en voeden. Nesten van grote gele kwikstaarten vind je in nissen in muren, maar ook onder bruggen en bij boomwortels langs het water. Ze kiezen dus vaak voor een beschutte locatie. Hoe de aanvliegroute eruit ziet, maakt minder uit. Ze kunnen zich met zowel een vrije als beschutte aanvliegroute redden. Ze maken ook wel eens gebruik van speciale nestkasten voor kwikstaarten. Deze zijn bij ons helaas nog niet verkrijgbaar.

Grote gele kwikstaarten eten vooral ongewervelde diertjes die in het water of in de buurt van het water leven. Denk dan aan kleine kreeftjes, spinnetjes en slakjes. Ook insecten zoals vliegen, muggen en kevers zijn niet veilig voor de grote gele kwikstaart. Deze tref je ook in grote hoeveelheden aan in waterrijke gebieden.

Bekijk Alle Nederlandse Tuinvogels!